sexta-feira, 11 de novembro de 2011

Carlos Drumond de Andrade - Het kontje, ach hoe aardig



Het kontje, ach hoe aardig

Het kontje, ach hoe aardig,
Lacht altijd, nooit tragisch.

Kan niet schelen wat
van voren zit. Het kontje is zichzelf genoeg.
Is er nog meer? Misschien de borsten.
Nou - moppert het kontje - die jongens
hebben nog heel wat voor de boeg.

Het kontje is tweelingmanen
in een onbelemmerd wiegen. Loopt vanzelf
in zijn lieftallige cadans, zijn wonder
twee in een te zijn, volledig.

Het kontje vermaakt zich
in zijn eentje. En bemint.
In bed beweegt het. Bergen
rijzen, dalen. Golven slaan
op grenzeloze kust.

Daar gaat het kontje, lachend. Blij
met de streling er te zijn, te schommelen.
Harmonieuze sferen hoog boven de chaos.

Het kontje is het kontje,
een rondje.

Carlos Drumond de Andrade
Vertaald door August Willemsen

Carlos Drummond de Andrade (Itabira, 31 oktober 1902 – Rio de Janeiro, 17 augustus 1987) was misschien het invloedrijkst Braziliaans dichter van 20ste eeuw.

A bunda, que engraçada

A bunda, que engraçada.
Está sempre sorrindo, nunca é trágica.

Não lhe importa o que vai
pela frente do corpo. A bunda basta-se.
Existe algo mais? Talvez os seios.
Ora - murmura a bunda - esses garotos
ainda lhes falta muito que estudar.

A bunda são duas luas gêmeas
em rotundo meneio. Anda por si
na cadência mimosa, no milagre
de ser duas em uma, plenamente.

A bunda se diverte
por conta própria. E ama.
Na cama agita-se. Montanhas
avolumam-se, descem. Ondas batendo
numa praia infinita.

Lá vai sorrindo a bunda. Vai feliz
na carícia de ser e balançar
Esferas harmoniosas sobre o caos.

A bunda é a bunda
redunda.

sábado, 8 de outubro de 2011

Luís Vaz de Camões - Liefde

Liefde is een gloed die schroeit zonder vlam
Liefde is een wonde die kwelt zonder smart
Liefde is een blijdschap die jubelt zonder vreugd
Liefde is een pijn die foltert zonder klacht.

Liefde is vol verlangen zich afkeren
Liefde is door volk omgeven zich vereenzamen
Liefde is zonder voldoening zich bevredigen
Liefde is overwinnen door zich te verliezen.

Liefde is een gevang, dat men ingaat zonder schroom
Liefde is een overwinnaar die men dient met opgeheven hoofd
Liefde is een moordenaar, die men aanhangt zonder vertrouwen.

Liefde is . . . Och hoe bestaat het
dat in ons broze hart eenzelfde liefde
met zo'n verwarrende gevoelens blijft gedijen?

(vertaling: Karel van Dorpe)

Amor

Amor é fogo que arde sem se ver;
é ferida que dói e não se sente;
é um contentamento descontente;
é dor que desatina sem doer.

É um não querer mais que bem querer;
é solitário andar por entre a gente;
é um não contentar-se de contente;
é cuidar que se ganha em se perder.

É um estar-se preso por vontade;
é servir, a quem vence, o vencedor;
é um ter com quem nos mata lealdade.

Mas como causar pode o seu favor
nos mortais corações conformidade,
sendo a si tão contrário o mesmo amor?

(Luís de Camões)

segunda-feira, 3 de outubro de 2011

Eugénio de Andrade - Vaarwel

We hebben de woorden op straat al verbruikt, lieveling,
en wat ons nog rest volstaat niet
om de koude te verjagen van vier muren.
We hebben alles verbruikt behalve de stilte.
Onze ogen hebben we met zout van de tranen
verslonden, de handen versleten door ze te drukken,
de klok en de stenen van de kamerhoeken
verteerd in vergeefse verwachting.

Ik steek mijn handen in mijn zakken en ik vind niets.
We hadden vroeger zoveel om elkaar te geven;
Het was alsof alle dingen van mij waren:
Hoe meer ik je gaf hoe meer ik je te geven had.

Soms zei je: jouw ogen zijn groene vissen.
En ik naam het aan.
Ik naam het aan,
omdat aan jouw zijde
alle dingen mogelijk waren.

Maar dat was in de tijd van de geheimen,
het was in de tijd dat jouw lichaam een aquarium was,
het was in de tijd dat mijn ogen
waarachtig groene vissen waren.
Nu zijn het alleen maar mijn ogen meer.
Het is weinig, maar het is de waarheid,
een paar ogen zoals alle andere.

We hebben de woorden reeds verbruikt.
Hoe vaak ik nu ook zeg: lieveling
er gebeurt helemaal niets meer.
En toch, vóór de versleten woorden,
weet ik met zekerheid
dat alleen door jouw naam te fluisteren
Alle dingen sidderen
in de stilte van mijn hart.

Wij hebben niets meer te geven.
Er is in jou
niets meer dat mij om water vraagt.
Het verleden is nutteloos als de vod.
En ik heb je reeds gezegd: de woorden zijn verbruikt.

Vaarwel.

Eugénio de Andrade
Vertaling Toon Cappuyns – Germain Droogenbroodt

Eugénio de Andrade, pseudoniem van José Fontinhas, GOSE, GCM (Póvoa de Atalaia, Fundão, 19 Januari 1923 – Porto, 13 Juni 2005), was a Portugees dichter. Hij wordt gerespecteerd als één van de belangrijke namen in tijdgenoot Portugese poëzie.

Adeus

Já gastámos as palavras pela rua, meu amor,
e o que nos ficou não chega
para nos afastar o frio de quatro paredes.
Gastámos tudo menos o silêncio.
Gastámos os olhos com o sal das lágrimas,
gastámos as mãos à força de as apertarmos,
gastámos o relógio e as pedras das esquinas
em esperas inúteis.

Meto as mãos nas algibeiras e não encontro nada.
Antigamente tínhamos tanto para dar um ao outro;
era como se todas as coisas fossem minhas:
quanto mais te dava mais tinha para te dar.

Às vezes tu dizias: os teus olhos são peixes verdes.
E eu acreditava.
Acreditava,
porque ao teu lado
todas as coisas eram possíveis.

Mas isso era no tempo dos segredos,
era no tempo em que o teu corpo era um aquário,
era no tempo em que os meus olhos
eram realmente peixes verdes.
Hoje são apenas olhos.
É pouco, mas é verdade,
uns olhos como todos os outros.

Já gastamos as palavras.
Quando agora digo: meu amor,
já se não passa absolutamente nada.
E, no entanto, antes das palavras gastas,
tenho a certeza
que todas as coisas estremeciam
só de murmurar o teu nome
no silêncio do meu coração.

Não temos já nada para dar.
Dentro de ti
não há nada que me peça água.
O passado é inútil como um trapo.
E já disse: as palavras estão gastas.

Adeus.

Eugénio de Andrade

sábado, 12 de março de 2011

Carlos Drummond de Andrade - Internationaal congres van de angst



Internationaal congres van de angst

Tijdelijk zullen wij niet de liefde bezingen,
Die gevlucht is nog onder de souterrains,
Wij zullen de angst bezingen, die omarmingen steriliseert,
wij zullen niet de haat bezingen, omdat die niet bestaat,
bestaan doet slechts de angst, onze vader en onze vriend,
de grote angst voor binnenlanden, voor zeeën, voor woestijnen,
de angst voor soldaten, de angst voor moeders, de angst voor kerken,
wij zullen de angst voor dictators bezingen, de angst voor democraten,
wij zullen de angst voor de dood bezingen en de angst voor na de dood,
vervolgens zullen wij sterven van angst
en boven onze graven zullen gele en bange bloemen bloeien.

Carlos Drumond de Andrade
Vertaald door August Willemsen

Carlos Drummond de Andrade (Itabira, 31 oktober 1902 – Rio de Janeiro, 17 augustus 1987) was misschien het invloedrijkst Braziliaans dichter van 20ste eeuw.

Congresso Internacional do Medo

Provisoriamente não cantaremos o amor,
que se refugiou mais abaixo dos subterrâneos.
Cantaremos o medo, que esteriliza os abraços,
não cantaremos o ódio porque esse não existe,
existe apenas o medo, nosso pai e nosso companheiro,
o medo grande dos sertões, dos mares, dos desertos,
o medo dos soldados, o medo das mães, o medo das igrejas,
cantaremos o medo dos ditadores, o medo dos democratas,
cantaremos o medo da morte e o medo de depois da morte,
depois morreremos de medo
e sobre nossos túmulos nascerão flores amarelas e medrosas.

sábado, 5 de março de 2011

Alberto Caeiro - Vanuit mijn dorp zie ik zoveel van het heelal als men vanaf de aarde zien kan…

Vanuit mijn dorp zie ik zoveel van het heelal als men vanaf de aarde zien kan…

Vanuit mijn dorp zie ik zoveel van het heelal als men vanaf de aarde zien kan…
Daarom is mijn dorp zo groot als ieder ander,
Want ik ben zo groot als wat ik zie
En niet zo groot als ik lang ben…

In de steden is het leven kleiner
Dan hier in mijn huis halfweg de heuvel.
De grote huizen in de stad vergrendelen het zicht,
Verbergen de horizon, duwen onze blik weg van heel de hemel,
Maken ons klein omdat ze ons ontnemen wat ons ogen kunnen geven,
En maken ons arm want onze enige rijkdom is zien.

Fernando Pessoa via zijn heteroniem Alberto Caeiro
Vertaling August Willemsen

Da minha aldeia vejo quanto da terra se pode ver no universo...

Da minha aldeia vejo quanto da terra se pode ver no universo...
Por isso a minha aldeia é tão grande como outra terra qualquer,
Porque eu sou do tamanho do que vejo
E não, do tamanho da minha altura...

Nas cidades a vida é mais pequena
Que aqui na minha casa no cimo deste outeiro.
Na cidade as grandes casas fecham a vista à chave,
Escondem o horizonte, empurram o nosso olhar para longe de todo o céu,
Tornam-nos pequenos porque nos tiram o que os nossos olhos nos podem dar,
E tornam-nos pobres porque a nossa única riqueza é ver.

sábado, 12 de fevereiro de 2011

Alberto Caeiro - Ik heb nooit kudden gehoed

Ik heb nooit kudden gehoed

Ik heb nooit kudden gehoed,
Maar het is alsof ik ze hoedde.
mijn ziel is als een herder,
Kent de winden en de zon
En wandelt aan de hand van de seizoenen
Al lopende en kijkende.
De hele rust van de natuur zonder mensen
komt naast mij zitten.
maar ik word triest als een zonsondergang
Voor onze verbeelding,
Wanneer het koud wordt ver weg op de vlakte
En men voelt dat de nacht is binnengekomen
Als een vlinder door het raam.

Maar mijn droefenis is rust
Omdat zij juist is, en natuurlijk,
En dat wat in de ziel moet zijn
Wanneer die reeds denkt te bestaan
En niet merkt dat de handen bloemen plukken.

Als een geluid van koebellen
Voorbij de bocht van de weg,
Zoals mijn gedachten tevreden.
Het spijt me alleen te weten dat ze tevreden zijn,
Want ik wist het niet, dan zouden ze,
In plaats van tevereden en droevig,
Vrolijk en tevreden zijn.

Denken is lastig als in de regen lopen
Wanneer de wind toeneemt en het harder lijkt te regenen.
Ik heb geen ambities noch verlangens.
Dichter zijn is geen ambitie van mij.
Het is mijn manier van alleen zijn.

En als ik soms, in mijn verbeelding,
Verlang een lammetje te zijn
(Of de hele kudde
Om mij over de hele helling te verspreiden
En veel gelukkigs tegelijk te zijn),
Dan is dat slechts omdat ik voel wat ik scrijf bij zonsondergang,
Of wanneer een wolk de hand over het licht strijkt
En een stlte door het gras waart.

Wanneer ik ga zitten om verzen te schrijven
Of, wandelend lags wegen en paden,
Verzen schrijf op een papier in mijn gedachte,
Voel ik een staf in mijn handen
En zie ik een silhouet van mijzelf
Op de top van een heuvel,
Kijkend naar mijn kudde en mijn gedachten ziende
Of kijkend naar mijn gedachten en mijn kudde ziende,
En vaag glimlachend als wie niet begrijpt wat men zegt
En wil doen of hij begrijpt.

Ik groet hen allen die mij mogen lezen,
Ik neem oor hen mijn breedgerande hoed af
Zodra de diligence verschijnt boven de heuveltop
En ze voor mijn deur zien zitten.
Ik groet hen en wens hun zon,
En regen, wanneer ze regen nodig hebben,
En dat in hun huis
Voor een open raam
Een lievelingsstoel staat
Waarin ze kunnen zitten en mijn verzen lezen.
En dat ze, bij het lezen van mijn verzen,
Mogen denken dat ik iets natuurlijks ben -
Bijvoorbeeld, die oude boom
In de schaduw waarvan ze, als kind,
Zich met een plof lieten vallen, moe van het spel,
En het zweet van hun verhitte voorhoofd veegden
Met de mouw van hun gestreepte boezelaar.

Alberto Caeiro, in "O Guardador de Rebanhos - Poema I"
Fernando Pessoa via zijn heteroniem Alberto Caeiro
Vertaling August Willemsen

Alberto Caeiro was eerste grote heteronym van Pessoa; samengevat door Pessoa, die schrijft: „Hij ziet dingen slechts met de ogen, niet met de mening.

Eu nunca guardei rebanhos

Eu nunca guardei rebanhos,
Mas é como se os guardasse.
Minha alma é como um pastor,
Conhece o vento e o sol
E anda pela mão das Estações
A seguir e a olhar.
Toda a paz da Natureza sem gente
Vem sentar-se a meu lado.
Mas eu fico triste como um pôr de sol
Para a nossa imaginação,
Quando esfria no fundo da planície
E se sente a noite entrada
Como uma borboleta pela janela.

Mas a minha tristeza é sossego
Porque é natural e justa
E é o que deve estar na alma
Quando já pensa que existe
E as mãos colhem flores sem ela dar por isso.

Como um ruído de chocalhos
Para além da curva da estrada,
Os meus pensamentos são contentes.
Só tenho pena de saber que eles são contentes,
Porque, se o não soubesse,
Em vez de serem contentes e tristes,
Seriam alegres e contentes.

Pensar incomoda como andar à chuva
Quando o vento cresce e parece que chove mais.
Não tenho ambições nem desejos
Ser poeta não é uma ambição minha
É a minha maneira de estar sozinho.

E se desejo às vezes
Por imaginar, ser cordeirinho
(Ou ser o rebanho todo
Para andar espalhado por toda a encosta
A ser muita cousa feliz ao mesmo tempo),
É só porque sinto o que escrevo ao pôr do sol,
Ou quando uma nuvem passa a mão por cima da luz
E corre um silêncio pela erva fora.

Quando me sento a escrever versos
Ou, passeando pelos caminhos ou pelos atalhos,
Escrevo versos num papel que está no meu pensamento,
Sinto um cajado nas mãos
E vejo um recorte de mim
No cimo dum outeiro,
Olhando para o meu rebanho e vendo as minhas idéias,
Ou olhando para as minhas idéias e vendo o meu rebanho,
E sorrindo vagamente como quem não compreende o que se diz
E quer fingir que compreende.

Saúdo todos os que me lerem,
Tirando-lhes o chapéu largo
Quando me vêem à minha porta
Mal a diligência levanta no cimo do outeiro.
Saúdo-os e desejo-lhes sol,
E chuva, quando a chuva é precisa,
E que as suas casas tenham
Ao pé duma janela aberta
Uma cadeira predileta
Onde se sentem, lendo os meus versos.
E ao lerem os meus versos pensem
Que sou qualquer cousa natural —
Por exemplo, a árvore antiga
À sombra da qual quando crianças
Se sentavam com um baque, cansados de brincar,
E limpavam o suor da testa quente
Com a manga do bibe riscado.

Alberto Caeiro, in "O Guardador de Rebanhos - Poema I"

sábado, 5 de fevereiro de 2011

Fernando Pessoa - Autopsychografie

De dichter wendt slechts voor.
Hij veinst zo door en door
Dat hij zelfs voorwendt pijn te zijn
Zijn werkelijk gevoelde pijn.

En zij die lezen wat hij schreef,
Voelen in de gelezen pijn
Niet de twee die hij geleden heeft,
Maar een die de hunne niet kan zijn.

En zo rijdt op zijn rails in 't rond,
Tot vermaak van onze rede,
Die opwindtrein, in dichtermond
Ook wel 'het hart' geheten.

Fernando Pessoa
vertaling: August Willemsen

Autopsicografia

O poeta é um fingador.
Finge tão completamente
Que chega a fingir que é dor
A dor que deveras sente.

E os que lêem o que escreve,
Na dor lida sentem bem,
Não as duas que ele teve,
Mas só a que eles não tem

E assim nas calhas de roda
Gira, a entreter a razão,
Esse comboio de corda
Que se chama o coração

Fernando Pessoa

sábado, 29 de janeiro de 2011

Eugénio de Andrade - Dringend


Dringend

De liefde dringt.
Een boot op zee dringt.

Het is dringend om bepaalde woorden uit te roeien,
haat, eenzaamheid en wreedheid,
enkele klachten,
vele zwaarden.

Het is dringend om blijdschap uit te vinden,
de kussen te vermenigvuldigen en graanoogst,
het is dringend rozen te ontdekken en rivieren
en klare ochtend.

Het vált, de stilte op de schouders en het onzuivere
licht, tot het pijn doet.
De liefde dringt, het is dringend
om voort te bestaan.

Eugénio de Andrade
Vertaald door Toon Cappuyns en Germain Droogenbroodt


Eugénio de Andrade werd geboren op 19 januari 1923 in Póvoa da Atalaia en stierf op 13 juni 2005 in Oporto, waar zich ook de Stichting Eugénio de Andrade bevindt. Alhoewel het aldaar heden ten dage niet aan excellente dichters ontbreekt, is hij na Fernando Pessoa wellicht de belangrijkste moderne Portugese dichter. Vanaf 1945 publiceerde hij een dertigtal poëziebundels. Zijn werk, dat in meerdere talen werd vertaald, werd ook meermaals bekroond, ondermeer met de Luis de Camoesprijs, de belangrijkste literaire prijs van zijn land.
Het poëtisch oeuvre van de Andrade behoort tot de generatie van ná het modernisme dat in Portugal een grote bloei kende, het is werk is een van de meest persoonlijke en kritische stemmen van de tweede helft van de twintigste eeuw. Ondermeer met Mario Cesariny, Antonio Ramos Rosa en Sophia de Mello Breyner Andresen biedt die generatie een ethische, mooi gecomponeerde poëzie die zich ook voor het alledaagse interesseert. Met de jaren is zijn poëzie bondiger geworden, ook exacter, meer elegisch en serener, maar hij is steeds een aantal onderwerpen trouw gebleven: de natuur en haar relatie met de mens, de kinderjaren, de moeder, de muziek, het verlangen, de kleine genoegens van het leven en uiteraard de poëzie zelf. Natuurlijkheid, gestrengheid en verfijning vormen de polsslag van zijn poëzie. Een heldere, natuurlijke stem, niet alleen door de aanwezige natuurelementen maar ook door de natuurlijke ritmische cadans van zijn verzen die nooit geforceerd aandoet.
In een tijd van schreeuwerige leegheid en banaliteit is deze poëzie een waardige en wijze bijdrage, de lucide les van een groot dichter: een zacht gefluister in het oor, dat met de kern, het wezen van de dingen verbonden is.


Urgentemente

É urgente o Amor,
É urgente um barco no mar.

É urgente destruir certas palavras
ódio, solidão e crueldade,
alguns lamentos,
muitas espadas.

É urgente inventar alegria,
multiplicar os beijos, as searas,
é urgente descobrir rosas e rios
e manhãs claras.

Cai o silêncio nos ombros,
e a luz impura até doer.
É urgente o amor,
É urgente permanecer.

Eugénio de Andrade

sábado, 22 de janeiro de 2011

Álvaro de Campos - Het regent hard, het regent buitensporig hard…

Het regent hard, het regent buitensporig hard…

Het regent hard, het regent buitensporig hard…
Het regent en van tijd tot tijd staat er een koud wind…
Ik ben triest, alsof ik deze dag was.

Op een dag in mijn toekomst waarop het ook zo regent
En ik, aan ’t raam, opeens zal denken aan de dag van nu,
Zal ik dan zeggen ‘ach, in die tijd was ik veel gelukkiger’
Of zal ik denken ‘ach, wat een trieste tijd was dat!’
O mijn God, wat zal ik van deze dag op die dag denken
En wat zal ik mijn, en hoe; en wat zal mijn verleden zijn dat nu alleen maar heden is?...
De lucht is onbehaaglijker, nog kouder, triester
En het heerst een grote lonen twijfel in mijn hart…

20-11-1914
Fernando Pessoa via zijn heteroniem Álvaro da Campos
Vertaling August Willemsen

Chove muito, chove excessivamente...

Chove muito, chove excessivamente...
Chove e de vez em quando faz um vento frio...
Estou triste, muito triste, corno se o dia fosse eu.

Num dia no meu futuro em que chova assim também
E eu, à janela de repente me lembre do dia de hoje,
Pensarei eu «ah nesse tempo eu era mais feliz»
Ou pensarei «ah, que tempo triste foi aquele»!
Ah, meu Deus, eu que pensarei deste dia nesse dia
E o que serei, de que forma; o que me será o passado que é hoje só presente?...
O ar está mais desagasalhado, mais frio, mais triste
E há uma grande dúvida de chumbo no meu coração...

20-11-1914

Álvaro de Campos - Livro de Versos. Fernando Pessoa. (Edição crítica. Introdução, transcrição, organização e notas de Teresa Rita Lopes.) Lisboa: Estampa, 1993.
- 12.

sábado, 15 de janeiro de 2011

Álvaro de Campos - De emigrés

De emigrés

Eenzaam in grote onvriendelijke steden,
Zonder de taal te spreken die men spreekt of die men denkt,
Verminkt in hun verhouding tor de anderen,
Zij die later in hun land prat zullen gaan op hun triomfen in den vreemde.
Arme drommels zij die Londen en Parijs veroveren!
Ze keren terug naar huis zonder zich beter te gedragen of beter uit te zien,
Zeb hebben hoogstens van dichtbij gedroomd hetgeen ze zagen -
Permanente vreemdelingen.
Maar ik zal niet om hen lachen. Heb ik iets anders van mijn ideaal gemaakt?

En dat plan dat ik een hotel ooit heb gemaakt, het plan voor mijn levensverhaal?
Dat is een van de zwarte punten in de biografie die ik niet heb gehad.

Fernando Pessoa via zijn heteroniem Álvaro da Campos
Vertaling August Willemsen

Os emigrados

Sós nas grandes cidades desamigas,
Sem falar a língua que se fala nem a que se pensa
Mutilados da relação com os outros
Que depois contado na pátria os triunfos da sua estada.
Coitados dos que conquistam Londres e Paris!
Voltam ao lar sem melhores maneiras nem melhores caras
Apenas sonharam de perto o que viram —
Permanentemente estrangeiros.
Mas não rio deles. Tenho eu feito outra coisa com o ideal?

E o propósito que uma vez formei num hotel planeando a legenda?
É um dos pontos negros da biografia que não tive.

s.d.
Álvaro de Campos - Livro de Versos . Fernando Pessoa. (Edição crítica. Introdução, transcrição, organização e notas de Teresa Rita Lopes.) Lisboa: Estampa, 1993.
- 35.

sábado, 8 de janeiro de 2011

Luís Vaz de Camões - Mijn zielsgeliefde, die zijt heengegaan

Mijn zielsgeliefde, die zijt heengegaan
vroegtijdig uit dit onverzoenlijk leven,
hemelsche, zoete rust zij U gegeven,
laat mij op aarde treurig voortbestaan.

Als in de ijlten waar gij zijt, misschien
men heugnis gunt aan wat op aard bezeten,
wil dan de vurige liefde niet vergeten,
die ge in mijn oog zoo zuiver hebt gezien.

En meent ge dat U eenig nut kan geven
de groote smart, die in mijn wezen schreit,
't onheelbaar leed uit Uw verlies gebleven,

Bid dan aan God, Meester van onze tijd,
dat Hij mij even spoedig 't weerzien geve,
als uit mijn oog Hij U heeft weggeleid.

(Vertaling Marcus de Jong, uit Beknopte geschiedenis der Portugese Letterkunde, L.J. Veen, 1958)



Luís Vaz de Camões (c. 1524- Lissabon, 10 juni 1580) wordt beschouwd als Portugals grootste dichter, en was de auteur van het werk De Lusiaden (Os Lusíadas in het Portugees), geschreven in 1572. De belangrijkste literatuurprijs binnen het Portugese taalgebied, de Camõesprijs, is naar hem genoemd.


Alma minha gentil, que te partiste
Tão cedo desta vida, descontente,
Repousa lá no Céu eternamente
E viva eu cá na terra sempre triste.

Se lá no assento etéreo, onde subiste,
Memória desta vida se consente,
Não te esqueças daquele amor ardente
Que já nos olhos meus tão puro viste.

E se vires que pode merecer-te
Alguma cousa a dor que me ficou
Da mágoa, sem remédio, de perder-te,

Roga a Deus, que teus anos encurtou,
Que tão cedo de cá me leve a ver-te,
Quão cedo de meus olhos te levou.

quinta-feira, 6 de janeiro de 2011

Fernando Pessoa - Liefde is wezenlijk

Liefde is wezenlijk
tekening van Luis Lage

Liefde is wezenlijk.
Seks, slechts contingent.
Kan zijn gelijk
Of verschillend.
Een mens is geen beest:
Is vlees, maar intelligent,
Hoewel soms net ziek geweest.

Fernando Pessoa (05-04-1935)
'Selected Poems' vertaald uit het Portugees door J.Griffin, vertaald uit het Engels door Willem Minderhout.

Love is Essential

Love is essential.
Sex, mere accident.
Can be equal
Or different.
A man's not an animal:
Is a flesh intelligent,
Although sometomes ill.


O amor é essencial

O amor é essencial
O sexo é só um acidente.
Pode ser igual
Ou diferente.
O homem não é um animal:
É uma carne inteligente,
Embora às vezes doente.

sábado, 1 de janeiro de 2011

Álvaro de Campos - Soms...

Soms…
Soms heb ik gelukkige gedachten,
Gedachten, plotseling gelukkig, in gedachten
En in de woorden waar ze zich vanzelf in losmaken...
Na het schrijven, lees ik…
Waarom heb ik dit geschreven?
Waar heb ik dit vandaan gehaald?
Van waar is dit tot mij gekomen? Dit is beter
dan ikzelf…
Zouden wij op deze wereld niets dan pennen
zijn met inkt
Waarmee iemand waarachtig schrijft wat wij
hier krassen?…

Fernando Pessoa via zijn heteroniem Álvaro da Campos
Vertaling August Willemsen


Às vezes...
Às vezes tenho ideias felizes,
Ideias subitamente felizes, em ideias
E nas palavras em que naturalmente se despegam...

Depois de escrever, leio...
Por que escrevi isto?
Onde fui buscar isto?
De onde me veio isto? Isto é melhor do que eu...
Seremos nós neste mundo apenas canetas
com tinta
Com que alguém escreve a valer o que nós
aqui traçamos?...